Blogposts
Blog
Geplaatst op woensdag 21 september 2022 @ 00:00 door Travelboy , 2467 keer bekeken
Voor veel Arabische jongeren vormden de concerten van Mashrou’ Leila, dat zich inzette voor emancipatie van homoseksuelen, een frisse wind. Regeringen en andere conservatieve krachten werkten echter uit alle macht tegen. Nu stopt de band.
Mashrou’ Leila stond in 2015 op Sfinks in Boechout. Foto: Koen Bauters
Op 22 september 2017 gaf de Libanese indierockband Mashrou’ Leila in Caïro zijn grootste optreden ooit, voor 35.000 uitzinnige fans. ‘Voor zovelen optreden (...) was een mijlpaal voor ons en een bewijs van de honger naar verandering’, blikte violist Haig Papazian jaren later terug in The New York Times.
De euforie bleek van korte duur. In de dagen erna arresteerden de Egyptische autoriteiten zeker zeven concertbezoekers. De aanklacht: zwaaien met de regenboogvlag. Een van de arrestanten, Sarah Hegazi, vluchtte na haar vrijlating naar Canada. Geplaagd door trauma pleegde ze in de zomer van 2020 zelfmoord.
Het concert in Caïro bleek het begin van het einde van Mashrou’ Leila. Twee jaar later werd de band in eigen land geweerd van het illustere Byblos-muziekfestival, sindsdien is er geen nieuwe muziek meer uitgekomen. Zondag maakte leadzanger en tekstschrijver Hamed Sinno bekend dat ‘het project’ niet meer samenkomt. Jarenlang gesteggel over optredens in Egypte, Jordanië en Libanon heeft de bandleden gedesillusioneerd achtergelaten.
Ik besloot dat het genoeg was’, aldus Sinno in de podcast Sarde after dinner. ‘Ik voelde ook dat elk lid van de band enorm gestrest was. Het is geen normaal leven als 100.000 mensen je op Facebook vertellen dat je moet sterven.’
Fans reageren vol ongeloof op het nieuws. Voor sommigen van hen voelt de onthulling als het ‘9/11 van queer Arabieren’. Mashrou’ Leila heeft zich in muziek en boodschap altijd ingezet voor de emancipatie van gemarginaliseerde groepen zoals de lgbti-gemeenschap. Met het wegvallen van de band vrezen fans dat een prominente kritische stem wegvalt voor sociale en politieke verandering in de Arabische wereld, waar de meeste regimes drijven op conservatisme.
Mentale gezondheid
Fans reageren vooral vol dankbaarheid en begrip. Dankbaarheid voor ‘het makkelijker maken van mijn leven’, zoals fan Ghassaq Al Khazraiy op Youtube schrijft, en het veranderen van de Arabische popindustrie. Begrip is er vooral voor het feit dat de bandleden voor hun mentale gezondheid kiezen.
Libanese autoriteiten, zoals het ministerie van Cultuur, hebben vooralsnog niet gereageerd op het uiteenvallen van de invloedrijke groep.
De populairste alternatieve rockband van het Midden-Oosten werd begin 2008 opgericht door zeven studenten aan de American University of Beirut, allen op zoek naar een uitlaatklep voor hun stress – van hun studies, maar ook van de instabiele politieke situatie in Libanon. De band bestond de afgelopen jaren uit vier leden: Hamed Sinno (zang), Haig Papazian (viool), Carl Gerges (drums) en Firas Abou Fakher (gitaar en keyboard).
Mashrou’ Leila verwierf regionale naamsbekendheid tijdens de Arabische Lente (2010-2012) dankzij teksten over jonge mannen die bij controleposten worden lastiggevallen door verveelde soldaten, en de sociale druk om binnen de eigen sekte te trouwen. Het zijn thema’s die voor jongeren in landen als Tunesië, Egypte en Jordanië maar al te herkenbaar zijn.
Maar de afgelopen veertien jaar bleef hun bekendheid niet beperkt tot de Arabische regio. Ze hebben ook fans in Europa en Noord-Amerika, waar ze meerdere keren hebben getoerd.
Homofobie
Hun werk is een samenspel van traditionele oosterse en westerse muziekinvloeden. Dat is het beste te horen op hun vierde studio-album Ibn El Leil (2015), waarop de nachtclub als hoofdpodium voor politiek en filosofisch debat fungeert. De club, redeneert de openlijk homoseksuele Sinno, is bij uitstek de plek waar vele meters zijn gemaakt op het gebied van homorechten en gendergelijkheid.
bron: www.standaard.be
Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.
Reacties
Er zijn nog geen reacties geplaatst.