Blogposts

Blog

Geplaatst op donderdag 21 oktober 2021 @ 02:25 door Travelboy , 469 keer bekeken

 Nu worden transgender vluchtelingen in de asielprocedure nog op één hoop gegooid met homoseksuele asielzoekers, maar dat moet anders, volgens een recent onderzoek. „Het ‘homokader’ past niet zo goed op de ervaringen die trans mensen hebben gehad.”

 

Alejandra Ortiz: „De meerderheid van de trans latina’s komt niet mee in de samenleving.”Alejandra Ortiz: „De meerderheid van de trans latina’s komt niet mee in de samenleving.”

 

„Ik was in groot gevaar”, zegt Alejandra Ortiz (38). Op haar werk in een callcentrum in Mexico vreesde ze het geweld van haar macho collega’s als ze erachter zouden komen dat ze transgender is. Ze zag hoe haar homoseksuele collega’s gepest werden, bijvoorbeeld door ze te laten struikelen. Na de moord op transgender activist Agnés Torres Hernández, in 2012 in Puebla, Mexico, werd Ortiz depressief. Ze kwam erachter dat een van haar vrienden een transgender sekswerker had vermoord omdat zij hem ‘misleid’ zou hebben. „Ik dacht alleen nog maar aan hoe ik ergens in een vuilnisbak teruggevonden zou worden.”

 

Nu loopt Ortiz in de herfstzon langs een Amsterdamse gracht, in donkerblauwe jeans en rode coltrui. Ze zit voor de tweede keer in de asielprocedure. In 2015 kwam ze naar Nederland, in 2018 werd haar asielaanvraag afgewezen.

 

Armoede en haar genderidentiteit weerhielden haar ervan in Mexico school af te maken. Nu is ze mede-onderzoeker van een rapport over de behandeling van trans vrouwen in de Nederlandse asielprocedure, dat vrijdag in de Universiteit van Amsterdam werd gepresenteerd. Transcript from the margins is een onderzoek naar de ervaringen van transgender latina’s in de asielprocedure, waarvoor acht van deze vrouwen zijn bevraagd en literatuuronderzoek is gedaan. „Als wijzelf niet transgender waren, was dit onderzoek heel moeilijk geweest. We zijn immers experts”, zegt hoofdonderzoeker Willemijn van Kempen. Binnen de doelgroep bestaat „heel veel wantrouwen”, licht ze verder toe. „Zodra je met een onderzoeksvraag komt, zijn ze bang dat je van de IND bent.”

 

De onderzoekers schatten dat jaarlijks zo’n 50 tot 75 trans personen asiel aanvragen in Nederland, onder wie een onbekend aantal uit Latijns-Amerika en het Caribisch gebied. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) beoordeelt per aanvraag of iemand recht heeft op internationale bescherming. Daarvoor baseert de dienst, die onder het ministerie van Justitie en Veiligheid valt, zich onder andere op de ambtsberichten over het land van herkomst die het ministerie van Buitenlandse Zaken afgeeft. Daarin staat vaak een passage over ‘lhbti’, maar is weinig aandacht voor de positie van transgender personen specifiek. Alleen voor Venezuela worden zij expliciet aangemerkt als risicogroep.

 

De onderzoekers pleiten voor een ‘trans-specifieke’ behandeling voor deze groep vluchtelingen. Op dit moment hanteert de IND, die het asielbeleid uitvoert, één werkinstructie voor de beoordeling van aanvragen van alle lhbti’ers.

 

 

Het idee dat alle lhbti’ers vergelijkbaar zijn is „een illusie”, zegt onderzoeker Van Kempen. Voor landen waar op homoseksualiteit zware straffen staan, zoals Jamaica en Irak, maakt het minder uit dat alle lhbti door de IND op dezelfde manier benaderd worden want bij die landen hebben ook trans personen redelijke kans erkend te worden als vluchteling. Maar in sommige van de Zuid-Amerikaanse en Caribische landen waar het onderzoek zich op richt, worden lhbti’ers weliswaar niet gecriminaliseerd, maar blijven de transgenderrechten achter – soms met dodelijke gevolgen.

 

Willemijn van Kempen: „Als wijzelf niet transgender waren, was dit onderzoek heel moeilijk geweest.”


Buiten de samenleving

 

De gemiddelde levensverwachting van trans personen in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied is slechts 35 tot 40 jaar. Trans personen zijn voor een menswaardig bestaan afhankelijk van expliciete wetgeving en goede, beschikbare gezondheidszorg. Is het in het land van herkomst mogelijk je genderidentiteit erkend te krijgen in je paspoort, zodat je aanspraak kunt maken op bijvoorbeeld stemrecht? Is het mogelijk een bestaan op de bouwen en onderdeel te zijn van de samenleving? Voor deze vragen zou volgens de onderzoekers aandacht moeten zijn in de asielprocedure.

 

De meerderheid van de trans latina’s komt namelijk niet mee in de samenleving. Dikwijls blijven ze weg van school om pesterijen en geweld te voorkomen, vertelt Ortiz. Door hun uiterlijk en gebrek aan opleiding vinden ze vervolgens ook moeilijk werk. Daardoor belanden ze vaak in sekswerk, waardoor ze risico lopen op fysiek geweld of infecties en ze verder buiten de samenleving komen te staan. Het rapport concludeert uit gegevens van mensenrechtenorganisaties en wetenschappelijke publicaties dat meer dan de helft van de trans latina’s in Peru en Venezuela in sekswerk terechtkomt. In Chili en Colombia doen bijna alle trans vrouwen sekswerk.

 

Bij bijna alle trans-onderwerpen is gebrek aan informatie een probleem – mede doordat ook bij onderzoek de l, h, en b vaak als één groep worden beschouwd, zegt stichting Vluchtelingenwerk. Daardoor is het nodig (lokale) experts of organisaties te raadplegen die kennis hebben over het betreffende land. „Dit onderzoek wordt door de IND lang niet altijd uitgevoerd, waardoor het van groot belang is dat de advocaat wel uitgebreide landeninformatie inbrengt”, zegt een woordvoerder.

 

„Als ik kijk naar hun ervaringen”, zegt Van Kempen over de vluchtelingen, „en of die ervaringen verband houden met een gegronde vrees voor vervolging, dan denk ik: dat heeft de IND bij lange na niet gezien.” Het rapport concludeert bovendien dat de meerderheid van de ondervraagde vrouwen door de IND werd aangesproken met het verkeerde geslacht (door ‘hij’ of ‘hem’ te zeggen) en door ze aan te spreken met de mannelijke naam in hun paspoort. „Dat respecteert hun genderidentiteit niet [...], terwijl dat de belangrijkste reden is voor hun asielverzoek”, licht het rapport toe. Zo werd een heteroseksuele trans vrouw uit Cuba door de IND aangesproken als man en beoordeeld als iemand die asiel aanvroeg op basis van seksuele voorkeur – waar ze volgens het besluit geen recht op had omdat de immigratiedienst stelt dat er in Cuba wetten zijn die discriminatie op grond van seksuele voorkeur verbieden. De IND wilde geen reactie geven op dit artikel en zegt het rapport te gaan lezen.

 

„Het is een upcoming issue. Net als twintig jaar geleden homozaken upcoming waren en niemand eigenlijk wist hoe we daarmee om moesten gaan”, zegt Maarten den Heijer. Hij promoveerde vijftien jaar geleden op Europees asielrecht en schrijft regelmatig over homoseksualiteit in het asielrecht. Ook zat hij in de begeleidingscommissie van het rapport, die in verschillende stadia kritisch meelas. „Bij de IND worden lhbti op één hoop gegooid en het type vragen dat in de asielprocedure wordt gesteld, sluit niet helemaal aan bij de groep. Het ‘homokader’ past niet zo goed op de ervaringen die trans mensen hebben gehad.” Over de reden dat dit probleem juist nu toeneemt, zegt Van Kempen: „Trans mensen worden in de wereld steeds zichtbaarder en via internet zien ze vrijheden die ze daar niet hebben. Misschien helpt dat ze over de drempel om een bestaan te beginnen – maar daarbij stuiten ze op weerstand.”

 

„In Mexico werd verkondigd dat trans personen in transitie moesten gaan en daarna hun transidentiteit moesten vergeten. Maar dat lukte me niet, hoe kun je je verleden vergeten?” zegt Ortiz. Zelfs na het negatieve advies van de IND vond ze alsnog haar veiligheid hier: „Weet je, Nederland is een gekke plek. Het is de plek waar mijn dromen uitkomen – zelfs zonder papieren. Ik ben eindelijk verlost van de angst en de schaamte om trans te zijn. Ik kan er nu gewoon open over vertellen.”


Auteur Simone Peek werkt aan de vertaling van de memoires van Alejandra Ortiz voor uitgeverij Lebowski.

 

bron: www.nrc.nl



Reacties

Er zijn nog geen reacties geplaatst.

Plaats een reactie

Je moet ingelogd zijn om een reactie te mogen plaatsen. Klik hier om in te loggen.